Nederland

#Jankebalk

>> Meer mannen voor de klas

Iedereen wil ze voor de klas, niemand wil het nog worden: een meester. Iedereen, echt iedereen? Nee, overdrijven is ook een stijlvorm. Er zijn nog steeds jongens die voor de pabo kiezen. Er zijn ook mensen die geen mannen voor de klas willen, ongetwijfeld. Wij van Meestert! zijn ze alleen nog nooit tegengekomen in ieder geval. Mensen die het niet willen. Mensen die het aandurven er expliciet werk van te (gaan) maken komen we ook steeds minder tegen. “Het onderwerp is van tafel gevallen”, kregen we niet zolang geleden te horen van iemand die meer dan voldoende aan de onderhandelingstafel zit. Er is eigenlijk niemand meer die er enige urgentie aan toe wil kennen bedoelde hij te zeggen. Dat snapte u vast al wel, maar toch. Wij doen dat wel, het onderwerp meer mannen voor de klas urgentie toekennen. Het onderwijs heeft volgens ons namelijk niet alleen meer mannen nodig, mannen hebben het onderwijs ook nodig. Dat vergt wellicht enige toelichting. Er is best wel wat te doen rondom het thema man, als dat al een thema genoemd mag worden. Want in het streven het vooral over diversiteit en inclusie te hebben, zonder mannen daarin expliciet als minderheid in het onderwijs te benoemen, zijn mannen vaak de lul. Of eigenlijk voortdurend. Het is niet meer van deze tijd, het gaat over veel meer dan alleen mannen, het thema is (politiek zeker) beladen, kortom…man, man, man. En dus heeft niemand het er meer over. Niemand? Stijlvorm, weet u nog? Lees de kranten, volg het open meningsriool op internet en bekijk de cijfers. Dan zult u begrijpen dat er een thema man is en waarom daar dus wel wat aan gedaan mag worden. En wij zijn van mening dat de klas, de groep, het leslokaal, zich daar bij uitstek voor leent. Daar immers worden jonge mensen voorbereid op een toekomst die wij nog niet kennen. Een toekomst waarvan wij wel hopen, dat de problematiek rondom het thema man anders ingekleurd is. Een toekomst die op scholen ook vorm wordt gegeven door het goede voorbeeld te geven en te zijn. Ook als man, meester. Zelf ben ik na jaren van andere onderwijs gerelateerde werkzaamheden, weer voor de klas gaan staan. En ik merk iedere dag dat ik les mag geven dat mijn voorbeeld er toe blijft doen. Wie ik ben, hoe ik doe, wat ik laat, waar ik het oppak en waar ik het laat liggen. En nog veel meer. Bewust, onbewust. Geleerd, aangeleerd én afgeleerd. Zo ook afgelopen week, toen ik tijdens het lampionnen maken in gesprek raakte met X. Ik weet niet meer hoe we via lampionnen op zijn vraag kwamen. Maar zijn vraag bewaar ik. “Huilen meesters ook wel eens?”. X keek mij aan en aan zijn blik meende ik te zien dat hij het antwoord al wist. Mijn antwoord verraste hem: “Jazeker, ik in ieder geval wel”. X liet zijn, enigszins scheef geknipte, lampion bijna vallen. Van verbazing, schrik, ongeloof, irritatie, geluk? Geen idee, het verbaasde hem wel dat echte meesters klaarblijkelijk ook huilen. De spanningsboog van X maakte een inhoudelijke verdieping van mijn antwoord onmogelijk. De lampion moest afgemaakt worden en X ging terug naar zijn plaats. Ik hoef niet meer overtuigd te worden van het feit, dat meer mannen voor de klas een goede zaak is. X hielp mij daar weer bij, wellicht hielp ik hem ook. Ik had geen politiek, bestuur, opleiding of wat dan ook nodig om weer voor de klas te gaan staan. Alleen een intrinsieke gedrevenheid het verschil weer te willen maken. Het verschil weer te willen zijn, voor te willen doen en voor te willen leven. Ook al is er tot nu toe nog geen minister, opleider of bestuurder, die de ballen heeft of heeft gehad er écht werk van te willen maken. Zich er echt over uit durft te spreken, uit intrinsieke gedrevenheid. Wij gaan onverminderd en onverdroten verder langs de bestuurlijke en politieke deuren. Met of zonder lampion. Kikkerbillen die niet opendoen genoeg, op zoek naar die ene deur die wellicht binnenkort wel open zal gaan.